Een BASIS om op te bouwen
Samenwerken gaat beter als de informatie waarop we bouwen uitwisselbaar, gestructureerd, eenduidig, correct, volledig en herbruikbaar is. De BIM basis informatieleveringsspecificatie (BIM basis ILS) is een goede eerste stap.
De tweede versie van deze toepassingsrichtlijn bouwt verder op de eerder gelegde basis en is aangevuld met feedback en inzichten uit het werkveld. Deze vernieuwde BIM basis ILS biedt houvast en geeft tips voor het gestructureerd en eenduidig uitwisselen van informatie in de bouw.
1. Waarom we informatie uitwisselen
Het doel van eenduidig uitwisselen is informatie over een bouwwerk efficiënt en effectief (her)gebruiken.
2. Hoe we informatie uitwisselen
Met behulp van de opendata-standaard IFC wisselen we informatie software-onafhankelijk uit, tijdens de hele levenscyclus van een bouwwerk.
3. Wat we afspreken over eenduidig uitwisselen
We spreken in dit hoofdstuk af hoe de structuur van de aspectmodellen wordt opgezet, zodat verschillende aspectmodellen uitwisselbaar en interpreteerbaar worden.
3.1 Bestandsnaam
- Zorg altijd voor een uniforme en consistente bestandsnaamgeving van de aspectmodellen binnen een project.
3.2 Lokale positie
- Coördineer onderling de lokale positie van het aspectmodel. Deze ligt vlakbij het nulpunt.
3.3 Bouwlaagindeling en -naamgeving
- Elk aspectmodel hanteert een consistente naamgeving.
- Ken alle objecten aan de juiste bouwlaag toe.
- Benoem alleen bouwlagen
als IfcBuildingStorey.
3.4 Correct gebruik entiteiten
- Gebruik voor het object de meest geëigende Entity en vul waar mogelijk aan met een TypeEnumeration.
3.5 Structuur en naamgeving
- Voorzie objecten consistent van de eigenschappen Name en Type. Zo maakt de combinatie duidelijk wat het representeert.
3.6 Classificatiesystematiek
- Voorzie objecten altijd van een viercijferige NL-SfB code volgens de laatst gepubliceerde versie.
3.7 Gebruik propertysets
- Gebruik voor het uitwisselen van eigenschappen wanneer mogelijk de PropertySets die buildingSMART voorschrijft in de internationale standaard.
3.8 Doublures en doorsnijdingen
- Binnen één aspectmodel zijn doublures nooit toegestaan.
- In principe zijn doorsnijdingen van objecten binnen één aspectmodel niet toegestaan.
4. Welke informatie minimaal nodig is in één van de aspectmodellen
Maak afspraken over welke informatie door wie wordt aangeleverd en wanneer. Begin met de thema's in dit hoofdstuk en vul aan indien nodig.
4.1 Ruimten
- Ruimten zijn: volumes en ook oppervlakken, omsloten door werkelijke of theoretische grenzen, met een functie in een bouwwerk.
- Maak van ruimten een IfcSpace en benoem de functie.
- Gebruik voor het
groeperen van ruimten
in zones IfcZone.
4.2 Installatietechnische systemen
- Groepeer installatietechnische objecten die tot hetzelfde systeem behoren wanneer van toepassing in een IfcSystem.
4.3 Dragend / niet dragend
- Geef bij de objecten wanneer van toepassing aan of de eigenschap LoadBearing True of False is.
4.4 Inwendig / uitwendig
- Geef bij de objecten wanneer van toepassing aan of de eigenschap IsExternal True of False is.
4.5 Brandveiligheid
- Verwerk bij objecten wanneer van toepassing WBDBO-waardes én brandwerendheid m.b.t. bezwijken
- Gebruik de eigenschap FireRating voor de WBDBO-waarde.
4.6 Bouwfysische eigenschappen
- Verwerk de relevante bouwfysische eigenschappen in de objecten.
4.7 Materiaal
- Voorzie alle objecten van een materiaal (IfcMaterial).
- Kies bij samenstellingen het dominante materiaal.
- Wees terughoudend met aanvullende eigenschappen in de naamgeving van het materiaal.
4.8 Projectspecifiek
- Bepaal projectspecifiek welke informatie nodig is voor de beoogde BIM-toepassingen en projectdoelstellingen.
Uitgelicht
De nieuwe BIM basis ILS stap voor stap
Handleiding Native Adomi
Nieuws

“Dat standaarden beter met elkaar communiceren is precies wat de bouwsector nodig heeft”

NLCS Gebruikersmiddag op 16 februari
Houd mij op de hoogte
Beheerorganisatie
De BIM basis ILS wordt beheerd door de BIM basis ILS beheerorganisatie. Contact opnemen? Klik hier.